hoofdstuk 2 (P_Westdijk)
a
Op de lijst van op Online Verhalen actieve auteurs was met vulpen een lange en definitieve streep door Saskjezwaard gezet. De smalle lippen aflikkend liet de man de zilverkleurige pen rusten bij de in sierlijke letters geschreven naam er onder. Het verlangen was groot om er een streep doorheen te halen, maar hij wist zich te beheersen. Voor de persoon in kwestie was het niet voorbij. Integendeel zelfs, het was nauwelijks begonnen. Bewonderend keek de man nog enkele seconden naar zijn eigen handschrift. Hij had altijd al een voorliefde gehad voor papier. Geen enkele hem bekende tekstverwerkerprogramma maakte bij de man hetzelfde gevoel los als hij bereikte door met een vulpen in zijn kladblok te schrijven. Slechts op papier kwamen zijn gedichten tot leven. Hij beschouwde het elke keer als een tragedie zodra hij een creatie van zijn hand moest typen om deze te kunnen delen met anderen, die van het internet gebruik maakten. Het scherm en de klinische letters deden zijn werk eenvoudig te kort. Het verklaarde waarom hij totaal niet begrepen werd. Met zichtbare tegenzin borg hij de kostbare vulpen op en draaide zich om naar de gedaante op de stoel. Hij had bij het volgend slachtoffer meer chloroform gebruikt dan in het geval van Saskjezwaard. Neuriënd trok hij een rugzak naar zich toe. Voor zijn komst had hij eerst bezoek gebracht aan de groothandel, waar hij geconfronteerd werd met een verbazingwekkend gevarieerd aantal kabelbinders, beter bekend als tie-rips. Deze bleken een stuk makkelijker hanteren te zijn dan de eerder aangeschafte rol van duke tape, die hij grotendeels bij Saskjezwaard had opgemaakt.
"Volgens mij ben ik ook goed in het schrijven van een scenario voor een film."
Hij had het meer tegen zich zelf gezegd dan dat hij werkelijk een reactie van de man op de stoel verwachtte. De blauwgrijze ogen van P_Westdijk leken in het niets te staren. Misschien had hij wel teveel chloroform bij hem gebruik en moest er meer tijd verstrijken voor de verdoving zover was uitgewerkt dat er een gesprek mogelijk was. Tot zijn verrassing hoorde hij de ander iets zeggen. Zacht, bijna fluisterend en te onduidelijk om te kunnen verstaan.
"Wat zei je?"
Hij boog zich naar voren toe om beter het gemompel van de vierendertigjarige man te kunnen verstaan. Ze verschilden slechts een paar jaar van elkaar, maar in tegenstelling tot P_Westdijk had hij wel over zijn leeftijd gelogen. Hij wilde onder de tieners en twintigers, waar een ruime meerderheid van de leden van Online Verhalen uit bestond, opgaan alsof hij één van hen was. Bang dat het toegeven van zijn werkelijke leeftijd hem meteen tot een buitenstaander op de site zou bestempelen. Al leek de later gekomen P_Westdijk hier weinig last van te ondervinden en dat had hem toch wel enigszins jaloers gemaakt.
Het koste P_Westdijk moeite om te praten. Zijn mond voelde droog aan, maar toch herhaalde hij met de nodige inspanning wat eerder over zijn lippen was gekomen.
"Waar is mijn tekst dan?"
Hij zag de indringer overeind komen en hief het hoofd op om hem aan te kunnen blijven kijken. De verbaasde reactie op het bleke, pokdalige gelaat van de man had hem een grimmige voldoening gegeven, ondanks de onaangename situatie waarin hij verkeerde. Misschien kwam het wel juist door zijn weinig benijdenswaardige toestand. Voor zijn gevoel had hij niets meer te verliezen. De vingers aan zijn handen en de tenen aan zijn voeten waren pijnlijk gaan zwellen en hadden inmiddels een rozerode kleur aangenomen.
De man keek enkele seconden onbewegelijk op P_Westdijk neer. Tot zijn ergernis sloeg de ander de ogen niet voor hem neer. Wat hem echter nog veel meer dwars zat was echter het feit dat hij geen gepast antwoord had waarmee hij onmiddellijk kon reageren. In plaats daarvan pakte hij een volgende zak met tie-rips en trok één ervan zo strak aan om de pols tot hij hem hoorde kreunen en vervolgens nog iets verder tot het plastic in het vlees sneed. De hand begon opmerkelijk snel een andere kleur aan te nemen. Het kleinste type van de door hem gekochte bundelbandjes had hij voor de vingers en tenen gebruikt. Het was gebeurd voor hij was over gegaan op een langer, breder en steviger type voor de polsen. Wel pas nadat hij uitgebreid de rijkelijk gevulde koelkast had geplunderd. P_Westdijk was blijkbaar iemand die bang was om van de honger om te komen. De koelkast puilde bij het openen bijna uit en om de deur dicht te krijgen had hij een paar keer hardhandig moeten duwen. Hij zat hier voorlopig goed en zonder zorgen.
"Je mag improviseren tot je te luidruchtig wordt."
Hij knikte nog een keer. Tevreden over zijn antwoord. Ook al had het enige tijd op zich laten wachten. Deze keer beloofde de afhandeling van een door hem verwenste commentator langer te gaan duren dan bij Saskjezwaard het geval was geweest, maar dat was voor hem geen probleem. Hij had zijn voorzorgsmaatregelen genomen. Thuis kon de voorgeprogrammeerde DVD-recorder de show van Amerikaanse dokter Phil opnemen, zodat hij geen aflevering ervan hoefde te missen. P_Westdijk had ook een televisie, maar het was veel kleiner dan hij was gewend en dat had hem niet aan gestaan.
"Jij kan nog geen regel tekst onthouden als je op het toneel zou staan."
De man boog zich snel voorover om zich met de voeten van P_Westdijk bezig te gaan houden. Zelfs nu voelde hij de blauwgrijze ogen op hem rusten. Hij vervloekte zich zelf omdat hij niet in staat was om deze doordringende blik te kunnen doorstaan.
"Ik wil ook geen acteur worden."
Even was het stil.
"Al denk ik er wel over om een eigen versie van de Texas Chain Saw Massacre te gaan maken. De remake van 2003, zal ik maar zeggen."
Voorzichtig keek hij op en zag P_Westdijk naar zijn eigen handen kijken. Het irriteerde hem plotseling dat het de ander afleidde van wat hij vertelde. Iedere ouder leerde haar of zijn kinderen toch om goed te luisteren als iemand aan het praten was? Het was ronduit onbeschoft om zo weinig interesse te tonen.
Onbewust van de door hem veroorzaakte ergernis staarde P_Westdijk naar zijn vingers. Al zou hij het wel hebben geweten dan had het hem waarschijnlijk volkomen onberoerd gelaten. Hij ervaarde een tintelend gevoel. De cellen in de afgeknelde vingers, tenen, handen en voeten konden tientallen minuten zonder zuurstof voor het lichaam overstapte op glucose om te verbranden. Pas daarna zou het weefsel afsterven. Hij wist niets van de in zijn ledematen gaande processen. Het enige wat hij besefte was dat de vingers een steeds donkerdere kleur aannamen en het tintelende gevoel steeds pijnlijker werd. Hij keek met een van smart vertrokken gezicht op en zag de man, zoals al eerder was gebeurd, verlekkerd kijken naar een doorzichtige bak, waar een lepel uitstak. De indringer stelde zijn eigen prioriteiten. Eerder had hij de man al een pizza zien verorberen zonder dat hem zelfs maar een stukje ervan was aangeboden.
De man strekte een hand uit naar de bak met griesmeelpudding toen P_Westdijk volkomen onverwachts begon te huilen. Hij trok zijn hand terug om verbaast naar de ander te kijken.
"Laat me alsjeblieft gaan."
"Dat gaat niet", antwoordde de man hoofdschuddend.
"Ik heb je toch niets gedaan."
Hij gebaarde naar P_Westdijk om even zijn mond te houden terwijl hij een zorgvuldig opgevouwen papier tevoorschijn haalde. De man had een hekel aan kreukels of scheuren in het papier.
"Je staat op mijn lijst."
Het papier hield hij vlak voor het door de zon gebruinde gezicht van P_Westdijk.
"Rot toch op met je lijst", hoorde hij hem plotseling door de kamer schreeuwen.
Geschrokken drukte hij snel een nog overgebleven stuk duke tape op de mond van de vastgebonden man en wachtte gespannen terwijl hij naar de muur keek alsof hij er dwars door heen kon kijken om te zien hoe de buren reageerden. De voor zijn gevoel eindeloos durende minuten leken zich daarbij tot uren uit te rekken terwijl hij verscheidene malen het zweet van zijn voorhoofd veegde. Naarmate er meer tijd verstreek kreeg vertraagde zijn hartslag weer.
"Je dacht het allemaal beter te weten, hè, met je commentaar. Hoe kan je nou iets van gedichten af weten als je zelf bijna alleen maar verhalen schrijft. Jouw ingestuurde Als... Dan... heeft ook geen enkele reactie opgeleverd", snauwde de man hatelijk.
Gerustgesteld door het uitblijven van enige activiteit bij de buren opende hij een nieuwe zak met tie-rips van een nog groter formaat.
Snikkend kon P_Westdijk daar slechts machteloos bij toekijken. Het was compleet aan hem voorbij gegaan wat de man tegen hem had gezegd. Eerst was hij juist bang geweest voor de pijn, maar langzaam begon daar vreemd genoeg verandering in te komen. De indringer had hem op een stoel bij de verwarming gezet. Hij drukte een voet tegen de leiding, waar het warme water hoorbaar door heen stroomde. In het verleden had hij meerdere malen vloekend zijn hand van de leiding vandaan getrokken omdat hij er per ongeluk tegen aan was gekomen. Nu kon hij zonder enige moeite zijn tenen er tegen aan houden. Tot zijn verbijstering had hij nog nauwelijks gevoel in de blauwpaars geworden tenen. Hij probeerde te schreeuwden. Op een onvoorstelbare manier terug verlangend naar de eerder ervaren martelgang omdat hij er toen nog gevoel in had gehad. De man gebaarde hem om te kalmeren, maar het haalde helemaal niets uit.
Hoofdschuddend keek de man toe hoe P_Westdijk zich zelf volkomen uitputte. Even vreesde hij dat de ander een epileptische aanval onderging, zo oncontroleerbaar als hij zich gedroeg. Hij had inmiddels nog een ongeopende zak te voorschijn gehaald, die tie-rips met de grootste afmeting bevatte. Deze waren bedoeld om de rest van de armen en benen te kunnen afknellen.
"Het ziet er slecht nu de bloedtoevoer bijna geheel stil ligt."
Geïnteresseerd keek hij naar de zich over het lichaam verspreidende verkleuringen terwijl hij de griesmeelpudding uit de bak lepelde. Hij had het zich thuis proberen voor te stellen, maar reeds besefte hij dat zijn fantasie verbleekte bij de werkelijkheid. Na een laatste hap van de pudding te hebben genomen sneed hij de duke tape door. Voor hij in staat was te reageren viel P_Westdijk van de stoel. Het deed de man grinniken. Het had er komisch uitgezien. De tot nutteloze aanhangsels gereduceerde ledematen hadden de klap niet weten op te vangen. Ook P_Westdijk leek zich hiervan bewust te zijn. Hij zag de blauwgrijze ogen uitpuilen van angst.
"Denk je nog lang genoeg in leven te blijven om de hulpdiensten te kunnen waarschuwen?"
Hij zag P_Westdijk heftig knikken, maar schudde daar in tegen langzaam en beslissend het hoofd.
"Terwijl we praten ontstaan er al wonden. Morgen om deze tijd zal de infectie zich door de rest van het lichaam verspreiden als ik de tie-rips los maak."
Hij toonde P_Westdijk een mes met een haakvormig lemmet, om hem te laten zien waarmee hij de volgende dag de diep in de huid snijdende tie-rips wilde doorsnijden.
"Overmorgen..."
P_Westdijk schudde het hoofd, maar hij knikte bevestigend. Over een paar dagen kon de man met een krachtige haal van de vulpen de tweede naam op de lijst doorstrepen.