Ik vertel het later wel

a

De jonge vrouw drukte zacht de voordeur achter zich dicht. In de hal stond haar zus haar al op te wachten met de armen over elkaar en een boze blik in haar ogen. Onzeker wat haar te wachten stond keek Nicole haar aan. De armen gespreid, maar een innige omhelzing na elkaar drie weken niet te hebben gezien zat er duidelijk niet in.

"Simon is een hufter."

Nicole liet haar armen zakken. Er kon deze ochtend blijkbaar zelfs geen hartelijk welkom meer vanaf. Het gelukzalige gevoel dat ze aan haar vakantie in Cuba had overgehouden begon razendsnel te verdwijnen. Bang voor wat vast en zeker een dramatisch verhaal moest zijn trok Nicole haar jas uit om deze op te hangen.

Zonder zelfs maar het geduld op te kunnen brengen om hierop te wachten was Olivia haar zusje al voorgegaan naar de woonkamer.  

Hoofdschuddend liep Nicole haar achterna. Ze slaagde er maar nauwelijks in om een zucht te onderdrukken. Graag had ze nog wat langer de realiteit van het leven in haar moederland nog wat langer willen ontvluchten, maar er leek geen ontkomen aan. "Wat heeft hij gedaan?"

Verbitterd draaide Olivia zich om. "Hij is met vakantie en nou kan ik voor zijn huisdieren gaan zorgen."

Verrast keek Nicole haar aan. Ze had een drama van een heel ander soort verwacht. "Ik stond er bij toen hij het je vroeg, weet je nog? Waarom heb je in hemelsnaam dan ja gezegd als je het toch niet wilde?"

"Ik dacht dat hij het had over de hond."

Nicole herinnerde zich ook het schattige hondje nog die ze hem hadden zien uitlaten en knikte. "Ik ook, maar waar had hij het dan over?"

"Kijk maar op de tafel." Olivia wees naar de tafel, maar weigerde een stap in de richting ervan te zetten.

"Niet je tas op de tafel zetten!"

Geschrokken voelde Nicole zich verstijven. Ze durfde zich nauwelijks te verroeren. Wat had ze willen doen dat haar zus zo had doen schreeuwen?

"Dan komen ze allemaal naar buiten lopen."

In totale verwarring gebracht keek Nicole om. "Waar heb je het nou over?"

"Ze zitten in het glas."

"In het glas?" Nicole had op de tafel wel een hoog bierglas zien staan, het had wel iets weg van een vaas, maar het was geen moment bij haar opgekomen dat het hierom draaide. Het was tot een paar centimeter onder de rand gevuld met iets dat op zand leek. Nu ze het aandachtiger in zich opnam zag ze het op een schotel met water staan. Voorzichtig deed ze nog een paar stappen in de richting van de tafel en drukte daarbij de tas stevig tegen zich aan. Het presentje dat ze voor Olivia uit Cuba had meegenomen bevond zich er nog altijd onaangeroerd in. Ze boog zich er naar toe om met een ruk weer overeind te komen. "Er zitten mieren in." Nicole keek om. "Waarom zitten daar mieren in?"

"Simon noemde het een formicarium."

"En dat hondje dan?"

"Hij liet deze uit voor zijn buurvrouw."

Nicole liet haar blik weer naar het glas afdwalen. Achter het glas kon ze de gangen en kamers zien die de ijverige diertjes in het zand hadden uitgegraven. De gedachte aan mieren in huis was echter iets dat haar nachtmerries zou bezorgen.

"Waarom heeft hij daar de mieren dan niet naar toe gebracht?"

"Volgens hem was de buurvrouw ziek, maar ik weet zeker dat hij het heeft gedaan om mij te pesten."

Hier was Nicole nog niet helemaal zeker van, maar ook zij wist geen goed raad met de dieren waarop haar zus ongewild paste. "Wat nu?"

"Jij neemt ze mee."

"Ik ga er niet voor zorgen. Je hebt toch tegen Simon gezegd dat jij het zou doen?"

"Ik dacht dat hij het over de hond had."

Nicole gebaarde naar het bierglas. "Ja, nou, beschouw dit maar als een heel kennel van kleine, zwarte, zespotige honden in een beker."

"Het is een vriend van jou."

"Simon is ook weer niet zo’n goede vriend van mij. Eerder een vage kennis", ontkende Nicole haastig. De gedachte om de beker met haar in de auto mee naar huis te nemen was al genoeg om haar gezicht in afschuw te laten vertrekken. Als een lichte trilling van de tafel de kolonie mieren in beroering bracht dan zouden ze vast en zeker massaal naar buiten komen tijdens het rijden met al die drempels op haar route. Er zou dan geen waterbarrière zijn om ze tegen te houden. Het was meer dan ze kon verdragen. "Ik kwam zo maar even langs op weg naar de supermarkt. Ik heb alle vertrouwen in je dat je dit.. deze hele.. eh.. situatie de baas kan. Tot ziens."

"Wacht, we hebben het nog helemaal niet over jouw vakantie gehad."

"Dat komt een andere keer wel", riep Nicole vanuit de hal. Ze trok bijna de kapstok om toen ze haar jas pakte. "Als Simon terug is van vakantie", mompelde ze zo zacht dat Olivia het nooit zou kunnen horen. Nicole stak vluchtig een hand op naar haar achterna gekomen zus en trok snel de deur achter zich dicht op haar weg naar buiten. Olivia in dezelfde toestand achterlatend als ze haar bij aankomst had aangetroffen, maar dit keer hield Nicole er wel een goed gevoel aan over.

"Simon, jij hufter." Ze had het glimlachend gezegd, kijkend in de binnenspiegel van de auto en draaide de sleutel om. De motor sloeg meteen aan. Nicole schakelde en liet voorzichtig de koppeling opkomen. De supermarkt reed ze voorbij op haar weg naar huis toe.